Anti-lichamen tegen de ziekte van Alzheimer: is er hoop?

Iedereen heeft wel iemand in de nabije familie of kennissenkring met de ziekte van Alzheimer. Recentelijk verschenen meerdere artikels in dagbladen over de beschikbaarheid van een nieuw wondermedicijn. Behoort hiermee de ziekte van Alzheimer definitief tot het verleden? Een kritische beschouwing. 

Wat is de ziekte van Alzheimer? 

De ziekte van Alzheimer is de meest voorkomende vorm van dementie bij mensen ouder dan 65 jaar, alhoewel het soms ook bij jongere mensen optreedt. Bij Alzheimer patiënten takelen de hersenfuncties geleidelijk af wat gepaard gaat met achteruitgang van de cognitieve vaardigheden.  Over de jaren heen stapelen zich blijkbaar kleine afbraakeiwitten op (onder andere A-beta) in de hersenen. Deze mini-eiwitten klitten samen tot zogenoemde protofibrillen, die zeer toxisch zijn voor zenuwcellen, zodat ze afsterven (zie afbeelding). Later zullen de samengeklitte eiwitten verder aangroeien tot grotere amorfe structuren of amyloïden. De amyloïden zijn misschien minder toxisch maar veroorzaken wel ongewenste ontstekingen bij zenuwcellen en cellen van nabijgelegen bloedvaten. 



Twee enzymen knippen APP om A-beta aan te maken. Dit mini-eiwit kleeft aan zichzelf om kleine protofibrillen te vormen die toxisch zijn voor hersencellen. Grotere protofibrillen en de uiteindelijke amyloïden zijn minder toxisch maar veroorzaken ontstekingen.

Hoe kunnen we de ziekte van Alzheimer genezen?

Door de aanmaak van A-beta te vermijden zouden we theoretisch de ziekte van Alzheimer kunnen vertragen of zelfs verhinderen. Een tweede mogelijkheid zou erin bestaan om het samenklitten van A-beta tot protofibrillen te blokkeren zodat er geen toxiciteit ontstaat. Maar het is niet evident om zulke therapieën uit te werken. Anderzijds weten we van antilichamen dat zij ideale therapeutische middelen zijn om pathogene bacteriën, virussen of parasieten te neutraliseren. Daarom zetten de farmaceutische bedrijven enorm in op het aanmaken van nieuwe antilichamen die de protofibrillen in de hersenen zouden binden waardoor de toxiciteit voor zenuwcellen zou geneutraliseerd worden. 

Nieuwe beschikbare antilichamen tegen samengeklitte A-beta

Een eerste antilichaam, Aducanumab, verkrijgbaar onder de merknaam ADUHELM, werd goedgekeurd door de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) op 7 juni 2021. Dit antilichaam zou binden aan de grotere A-beta protofibrillen, maar het schijnt echter weinig soelaas te brengen aan de progressie van de ziektesymptomen. In tegendeel, patiënten die behandeld werden met dit medicijn klagen over vervelende en zelfs levensbedreigende bijwerkingen in de vorm van ontstekingen en hersenbloedingen.

Onlangs verschenen er rapporten over een tweede antilichaam, Lecanemab. Dit antilichaam wordt gecommercialiseerd door Eisai in Tokio (Japan) en Biogen in Cambridge, Massachusetts (US) onder de naam LEQEMBI en werd op 6 januari 2023 versneld goedgekeurd door het FDA omdat er momenteel geen afdoende middelen beschikbaar zijn tegen de ziekte van Alzheimer. Dit antilichaam herkent de kleinere A-beta protofibrillen waardoor de toxiciteit voor zenuwcellen verlaagd wordt. De fabrikanten beweren in een studie met 1800 patiënten in een vroeg stadium van de ziekte dat een 2-wekelijkse intraveneuze inspuiting met LEQEMBI ervoor zou zorgen dat na 18 maanden de achteruitgang van cognitieve vaardigheden bij Alzheimer patiënten met 27% zou verminderen. Hierdoor zouden de patiënten langer hun dagelijkse taken kunnen opnemen en langer een onafhankelijk leven leiden, wat uiteraard veel hoop geeft aan patiënten en hun familie.

Maar, …. van de 1800 personen die deelgenomen hebben aan de studie zouden er een 15-tal overleden zijn. Volgens de producent is dat een aanvaardbaar aantal gezien de hoge leeftijd van de proefpersonen en omdat een paar van de overleden personen de placebo in plaats van het medicijn toegediend kregen. Bijkomend werd er aangehaald dat sommige deelnemers aan de studie last kregen van zwellingen in de hersenen en zelfs hersenbloedingen. 

Conclusie

De resultaten tonen de mogelijkheid aan om de achteruitgang van cognitieve vaardigheden te vertragen met antilichamen, en dat geeft ons hoop dat we in de toekomst de ziekte van Alzheimer zullen kunnen stoppen. Op dit ogenblik is enige terughoudendheid op het succes van LEQEMBI nog op zijn plaats. We moeten goed afwegen of het verantwoord is om patiënten in een vroeg stadium van de ziekte van Alzheimer aan veel extra risico’s bloot te stellen. 

Daarbovenop komt nog de kostprijs. Een tweewekelijkse behandeling met een infuus van LEQEMBI zou op een geschatte product kost van $ 26.500 of ca € 25.500 komen. Hierin zitten nog geen onkosten voor hospitalisatie en toediening van het infuus, en de noodzakelijke tweemaandelijkse MRI (magnetic resonance imaging; magnetische resonantie beeldvorming) om eventuele nevenwerkingen tijdig op te sporen. 

[Een bijdrage van Serge Muyldermans]