Overwegingen rond tijdsnood, levensdruk en zelfzorg

Er zijn zo van die periodes in het leven dat je mag plannen wat je wilt maar er schijnt steeds iets tussen te komen. Zelfs een senior ontsnapt er niet aan. Kinderen, kleinkinderen, ouders, problemen met het huis… Noem maar op. Hoe pak je die situaties aan?

Een mogelijkheid bestaat erin om meer uren in je dag te persen. Maar vierentwintig uur blijft vierentwintig uur. Als je dus het aantal actieve uren gaat optrekken dan gaat dit onherroepelijk ten koste van het aantal uren rust. Het is niet anders.

Ook al wordt er soms  gezegd dat senioren minder slaap zouden nodig hebben, dan kan je dit in twijfel trekken. Het aantal uren slaap dat een individu nodig heeft kan inderdaad verschillen maar heeft geen rechtstreeks verband met het senior-zijn. En alhoewel senior-zijn iets veranderen kan aan het slaapritme, dan verandert er niets of weinig aan de noodzaak tot voldoende slaap. Dat kan één lange nachtrust zijn of een combinatie van een korte middagdut én een nachtrust. Ook dat is zeer persoonlijk.

Bij het ouder worden kan inslapen wat meer problemen geven en wordt de nachtrust iets gemakkelijker verstoord. Een gezond leefpatroon kan hierin soelaas brengen en het grijpen naar slaappillen is niet meteen nodig.  Hierbij vinden jullie een link naar een artikel met meerdere tips om zonder slaappillen toch goed te slapen. https://www.gezondheid.be//index.cfm?fuseaction=art&art_id=26823

Mantra’s als  “je staat ervoor en je moet erdoor” die vroeger hielpen om ondanks vermoeidheid de motor draaiend te houden, schijnen om één of andere reden steeds minder indruk te maken op het ouder wordende lijf.  Dat laat zich niet langer zomaar forceren en eist zijn rechten om gehoord te worden, op. Het is niet anders. Wie niet horen wil moet voelen.

Natuurlijk kunnen we mopperen dat alles ‘tegenzit’ en medelijden krijgen met onszelf omdat we niet meer alles even efficiënt kunnen doen als voorheen. Maar zover ik weet lost mopperen niets op en het maakt ons niet bepaald tot een  zonnetje in huis. Je kan je natuurlijk afvragen of dit laatste nodig is. ‘Nodig’???  Misschien niet maar…het kan het leven ook voor jezelf aangenamer maken.

Feit is dat onze lijven met het ouder worden  zichtbaar en onzichtbaar veranderen en dat vermoeidheid niet meer zomaar weg te zappen valt.  

Zoals een puber moet leren omgaan met dat veranderende lichaam waarin hormonen razen, of een chronisch zieke persoon moet leren leven met de beperkingen opgelegd door ziekte, moeten wij senioren ook ons veranderende lijf in al zijn aspecten leren ontdekken en herwaarderen. Wij kunnen ons in hart en hoofd voelen als die achttienjarige die we eens waren, maar het lichaam vertelt een ander verhaal. Moeten we daarom die achttienjarige in ons loslaten? Neen, helemaal niet, die blijft deel uitmaken van wie we zijn.

Ouder worden houdt niet alleen verandering in van onze lichamen met als gevolg : minder  fysiek uithoudingsvermogen, andere slaappatronen, problemen met gewrichten, vul zelf maar het lijstje verder aan. Het confronteert ook met het soms beklemmende weten dat het leven korter wordt en de dood om de hoek loert.

Hoewel dat laatste  voor iedereen het geval is, kunnen senioren het niet langer ontkennen. Zij weten met zekerheid dat de tijd die nog rest veel korter is dan de levenstijd die achter hen ligt.

Dit besef kan al dan niet doen stilstaan bij het levenseinde en bij de vraag hoe je daarop voor te bereiden. Er is de ‘Voorafgaande zorgplanning’, een brochure die je bij de apotheker kan verkrijgen maar dat als onderwerp ook al in deze blog aan bod kwam. https://seniorenhoeilaart.be/voorafgaande-zorgplanning/ Buiten de wilsverklaringen kan je het leven van je nabestaanden gemakkelijker maken door informatie vrij te geven die hen zal helpen bij het regelen van je afscheid en de administratie.  De bijgevoegde link voert naar een planner die als geheugensteuntje dienst kan doen. https://demens.nu/2019/10/29/laatste-wensen-een-planner-voor-je-nalatenschap

Het besef dat de nog te gane levensduur korter is dan deze die we al kregen, kan leiden tot ‘doodsangst’ wat ik dan ‘levensbevriezing’ noem. Daarmee bedoel ik dat je jezelf de mogelijkheden tot mooie momenten ontzegt uit angst voor iets dat komen zal en waaraan niet te ontsnappen valt.  Doodsangst zo zegde Epictetus (een filosoof  van de stoïcijnse school die leefde in de 2de eeuw na C) wordt niet veroorzaakt door de dood maar door onze mening daarover. “Waarom zou je je  trouwens zorgen maken om de dood?  Zolang wij bestaan, is de dood er niet en zodra de dood komt, zijn wij er niet (meer)”, zo sprak hij. 

Het besef van eindigheid kan echter ook leiden tot  een constant ‘gevoel van tijdsnood’. Blijft er voldoende tijd om gemaakte plannen te realiseren, gestelde doelen te bereiken of om eindelijk datgene te doen wat we zelf graag willen doen? Ook ‘levensdruk’ kan optreden. De druk tot leven die senioren voelen die ook in hun oude dag zorg moeten dragen voor anderen. Dat kan gaan van het opvangen van kleinkinderen tot het bijstaan van volwassen kinderen die door moeilijke levenssituaties gaan, of de druk die talloze senioren ondervinden die mantelzorger zijn voor partner of nog in leven zijnde ouders.

Zeker in een maatschappij waar zelfrealisatie en vrijheid hoog in het vaandel wordt gevoerd, kunnen tijdsnood en levensdruk elkaar negatief versterken en dat kan tot frustratie en/of uitputting leiden.

Tijdens de wankele evenwichtsoefening tijdsnood / levensdruk moeten we ten allen tijde rekening houden met het veranderende lijf. Zullen we dus steeds eerlijk naar onszelf moeten kijken, onze eigen veranderende grenzen leren kennen, erkennen en aangeven.  Moeten we indien nodig op tijd hulp inschakelen.  Dat laatste kan gevoelig liggen. Maar goed zorgen voor de ander begint bij zelfkennis en zelfzorg, ook voor een senior. 

[Een bijdrage van Mieke (Marie-Jeanne) Maerten — 23 januari 2022]