Te oud om te leren?

Met dank aan mijn moeder omdat ik haar verhaal mocht vertellen. 

Toen ze zo’n zesendertig jaar geleden net haar zestigste verjaardag gevierd had, kwam de oudste zoon met het voorstel om haar met de computer te leren werken. “Neen, jongen, daarvoor ben ik veel te oud, dat zal niet lukken” antwoordde ze en daar bleef het voorlopig bij. Doorheen de jaren kwam hij, geholpen door zijn jongste broer, regelmatig op zijn voorstel terug. Maar het mocht niet baten. Zij kon eenvoudig niet geloven dat ze ooit met zo’n ‘ding’ zou kunnen werken. Dàt was voor jonge mensen, dacht zij.

Toen werd haar echtgenoot ziek. Maanden bracht zij met hem in het ziekenhuis door. Ook ‘s nachts week ze niet van zijn ziekbed. Na elke zware ingreep herstelde hij toch voldoende om telkens weer naar huis te komen. Naarmate de tijd vorderde werd het huis helemaal op de zorg ingesteld en kreeg zijn ziekbed een definitieve plaats in de leefruimte. Zorg voor haar man bezette op een substantiële manier, haar leven. Haar sociale kring werd steeds kleiner en voor de sociaal actieve persoon die ze was, was dit niet altijd licht om dragen. Ze kreeg dan wel bezoek, maar dit werd schaarser naarmate de tijd verstreek en de gesprekken ver-engden zich steeds meer tot ziekte en ziek-zijn.

Rond haar eenentachtigste verjaardag werd ze door haar oudste zoon, met medeweten van zijn broer en zus, voor een voldongen feit geplaatst: “Mama” zegde hij, “ik ga een nieuwe computer voor mij kopen, mijn oude computer is dan voor jou en daarmee ga ik jou leren werken”.  Neen, deze keer waren er geen uitvluchten meer want ondertussen had ze van haar kinderen wel begrepen dat de computer haar venster tot de buitenwereld kon zijn, een venster dat zij nodig had. Zij zou opnieuw contacten kunnen aangaan met anderen en dit, zonder haar huis te verlaten.

Natuurlijk ging het niet vanzelf. Alleen al met de ‘muis’ het juiste icoontje selecteren was een oefening in geduld. Maar ze zag de mogelijkheden en dus koos ze ervoor om geduldig te blijven oefenen. In de bibliotheek haalden ze boeken zoals  ‘Computer voor dummies’ en ‘Internet voor senioren’ en las artikels over het gebruik van de computer. Omdat haar man door zijn ziekte veel sliep kon zij in alle stilte de mogelijkheden van de computer ontdekken en oefenen. Ze werd  handiger in het gebruik van de muis en leerde met vallen en opstaan elke dag wat bij.    

Langzaam maar zeker begon ze met familie en vrienden die ze al lang niet meer gezien of gehoord had, te chatten. Haar wereld werd weer groter. Ze begon ook met een microfoon en oortjes te experimenteren en ontdekte Skype. Was haar man soms wat ongeduldig omdat ze veel tijd met dat ‘ding’ doorbracht dan was hij toch blij dat hij zijn zoons die ver weg woonden, op Skype kon zien en horen. Ook gaf de computer haar de mogelijkheid om haar zus die toen nog als missiezuster in Rwanda werkte, te spreken en dit zonder dat ze hierbij constant op de tijd en dus, op de centen letten moesten. Dan kwam facebook en dat gaf weer andere mogelijkheden voor vernieuwing van contacten. Wat een geluk dat ze dat duwtje in de rug gekregen had.

Natuurlijk liep er al eens iets mis en dan had ze hulp nodig. Haar zonen die al wat computerwerk gewoon waren, konden haar meestal snel helpen. Maar zij woonden beiden veraf en konden niet altijd meteen komen. Als haar dochter dan met de handen in het haar zat omdat zij ook niet wist hoe het probleem op te lossen en het  overnemen van de computer geen soelaas bood, had ze gelukkig wel nog enkele mensen op wie ze rekenen kon, onder meer een aangetrouwde kleinzoon. Want ja, eens gewoon aan de computer vond ze het moeilijk het gebruik ervan te moeten missen

Al snel kon ze buiten chatten en skypen ook documenten opstellen, mails versturen, opzoekingen doen, online artikels  lezen, enz… Wel moest de lettergrootte aangepast worden zodat zij toch van het scherm lezen kon, maar dat was makkelijk opgelost. Intussen had ze zelf een printer/scan gekocht en zo kon ze naast de eigen administratie, ook haar vrijwilligerswerk van thuis uit moeiteloos verder zetten. Na het overlijden van haar man, bleven PC en later ook een notebook, actief gebruikt worden. Toen de banken het online bankieren introduceerden en promoveerden, was zij er dan ook klaar voor. De grote drempels waren reeds genomen en dus ging het leren van nieuwe digitale dingen ook iets vlotter. De angst voor het onbekende was al overwonnen.

In deze corona-tijden blijkt nog eens hoe nuttig het kan zijn om een digitaal venster op de wereld te hebben. Krijg je geen fysiek bezoek van familie en vrienden dan is virtueel contact slechts een internetverbinding en enkele toetsaanslagen van je verwijderd. Dit is soms net voldoende om niet in eenzaamheid weg te zinken. Ook is het een hulp om, ondanks ziekte en lockdown, je leven zo normaal mogelijk te leiden en niet volledig van anderen afhankelijk te worden.

Met computer, tablet, notebook en/of gsm, krijg je een andere toegang tot de wereld die in voortdurende verandering blijft en die van onze steeds aanpassing  vergt. Maar daarover gaat het in dit artikel niet in hoofdzaak. Met het verhaal van mijn moeder heb ik vooral willen aantonen dat op leren geen leeftijd staat. Haar leerproces kon aanvangen toen ze niet langer zichzelf overtuigde van het feit dat ze te oud was om met de computer te leren werken. Leren begint met het durven zetten van die eerste onwennige stap om dan met vallen en opstaan door te gaan. Het leerproces verloopt bij het ouder worden anders. Dat is zo. Maar onze hersenen, indien ze gezond zijn, houden niet op te functioneren en te evolueren. Hierdoor kunnen we steeds opnieuw leren, kunnen we ons steeds nieuwe dingen die onze fysiek niet té ver overstijgen, eigen maken.

“Je hersenen…ze maken nieuwe cellen en verbindingen tussen cellen, ze kunnen verbindingen kappen, synapsen versterken en hele hersengebieden nieuwe functies geen …  ze doen dit …  als reactie op toevallige stimulatie van de buitenwereld … of als reactie op keuze”( Sitskoorn M., Het maakbare brein, 2006, p. 181).

[Een bijdrage van Mieke Maerten]