Het zilveren randje (deel 2)

We zitten al meer dan een maand in lockdown en de mensen rondom mij beginnen het stilaan welletjes te vinden.  Een paar weken in afzondering leven valt nog wel mee.  Jonge ouders kunnen meer tijd doorbrengen met hun kinderen.  Sportievelingen hebben meer tijd om te sporten.  En veel mensen zijn blij dat ze ’s morgens niet de deur uit moeten om een uur in de file te gaan staan.  Al bij al is er toch een serieuze zilveren rand aan de hele Corona crisis, denken sommigen een beetje oneerbiedig.  Want vergeten we niet dat mensen, lees: ouderen, ook dood gaan aan dit virus.

Volgens de experten volgen de meeste mensen de aanbevelingen van de Veiligheidsraad rigoureus op.  En toch kan ik me niet van de indruk ontdoen dat van bij de aanvang van de lockdown er ook heel wat nonchalance was.  Zo zag ik kinderen met zessen, zevenen, achten voetballen op het grote grasveld voor het gemeentehuis.  Winkelen bij de lokale Okay verliep wel vrij ordentelijk, maar toch vonden sommigen het nodig om rakelings langs mij te scheren om bij de juiste confituur te geraken.  En bij de bakker en apotheker droeg het personeel geen handschoenen.  Ook in mijn woonwijk bleven kleinkinderen op bezoek komen bij opa en oma.  En nu en dan was er ook wel een barbecue.  Dat merkte je niet alleen aan de typische geuren maar ook aan de kreten die opstegen vanuit de tuinen, een beetje World cup sfeer.  Ondanks Corona is het voor sommigen toch altijd wel een beetje feest.

En dan nu de exit strategie.  Iedereen wacht af welke versoepelingsmaatregelen de National Veiligheidsraad zal bekendmaken.  Men denkt al aan de zomervakantie, de citytrip naar Barcelona, en nog meer van dit leuks.  Ik vrees dat het zou kunnen tegenvallen.  De grote poort kan niet worden opengezet, want dan dreigt er een nieuwe crisis, met opnieuw een lockdown.  Dan maar kleine poortjes openzetten en de zaak goed onder controle houden.  Het ziet er dus naar uit dat we nog een tijd zullen doorgaan zoals we bezig zijn.  En dus moeten we proberen er het beste van te maken.  

Nu de tuin is opgefrist, de zolder is leeggemaakt,  en de wagen staat te glimmen op de oprit hunkeren we naar iets nieuws, iets minder alledaags. Al gedacht aan het opruimen van de fotocollectie in een digitaal systeem?  Of het aanleren van een muziekinstrument?  YouTube biedt heel wat mogelijkheden.  Of een stamboom onderzoek?  Dank zij de verworvenheden van het DNA onderzoek bieden zich ongeziene opportuniteiten aan.  Of waarom geen 3-D printer kopen om zelf mondmaskers te maken?  Alle begin is moeilijk, maar het overschouwen van al deze opties brengt mij tot rust, want alles kan, en niets hoeft. 

Het zilveren randje verwijst naar de wolkenhemel, meer bepaald naar de oplichtende rand van de wolk waarachter men de zon vermoedt.  Het is een metafoor voor goede dingen die vaak ook wel opduiken in de marge van chaos en onheil.  Zo zijn we erachter gekomen dat globalisering heel wat gevaren inhoudt, en dat we dus best opnieuw wat lokaal gaan produceren. En dat ook onze vele verplaatsingen met het vliegtuig onze maatschappij kwetsbaar maakt, en een vakantie dichtbij ook voordelen biedt. Thuiswerk op de computer is een gunstige evolutie die waarschijnlijk blijft voor een aantal beroepen. En het afstandsonderwijs gaat ook niet meer helemaal weg. Het is nog te vroeg om alle positieve evoluties op te lijsten. Maar blijkt dat ook deze crisis onze creativiteit heeft gestimuleerd en onze aversie tegenover het nieuwe heeft afgezwakt. En daar kunnen we, ondanks al het treurige wat deze crisis heeft teweeggebracht, toch blij om zijn! Nu nog onze burgerzin wat aanscherpen. Die zal tijdens de maanden die volgen bepalen hoe vlug of hoe traag de lockdown kan worden afgebouwd.

[Een bijdrage van Eddy Olislaeger]