Op zijn verjaardag trok Kobe naar de bakker in het dorp. Hij bestelde een mooie verjaardagstaart en vroeg aan de bakker om er met slagroom een mooie verjaardagswens op te spuiten. De bakker was een wat oudere, vriendelijke man en vroeg wat Kobe als verjaardagswens verlangde. ‘Hmm’ zei Kobe ‘schrijf er maar “gelukkige verjaardag” op’. De brave man trok naar de bakkerij en kaligrafeerde de gevraagde tekst op het lekkere gebak.
Terug in de winkel vroeg de bakker om de goedkeuring van Kobe, maar die twijfelde en vroeg of hij toch maar een andere tekst op de taart kon aanbrengen. ‘En wat zou je dan wel gewild hebben’ vroeg hij een beetje geïrriteerd. ‘Ho’, ‘maak er maar “een dikke proficiat” van’ zei Kobe.
Zo gezegd zo gedaan. De brave man trok zich nogmaals terug in de bakkerij, veegde de ‘gelukkige verjaardag’ van de taart en spoot ‘een dikke proficiat’ op de zoete lekkernij. Terug in de winkel toonde hij het resultaat aan onze vriend.
Helaas, andermaal verraadde de blik van Kobe enige onvrede. Verbauwereerd keek de bakker naar Kobe en vroeg met zenuwachtige stem of het niet mooi gedaan was. ‘Jawel, jawel’ zei Kobe ‘maar ik vind de tekst niet meteen gepast. Ik zou liever gewoon, kort en krachtig een grote 35 op mijn taart hebben’.
Zonder zijn zelfbeheersing te verliezen en met een zure glimlach ging de arme man terug achterin aan de tafel staan, verwijderde de bestaande tekst en spoot een schitterende 35 op het ronde gebak.
Terug achter de toonbank nam hij alvast een mooie geschenkverpakking voor de verjaardagstaart en wilde het kleine kunstwerk meteen inpakken.
Hierop reageerde Kobe met een laconieke ‘Neenee, dat is niet nodig. Ik ga ze buiten meteen opeten’.
[Een bijdrage van Stefaan De Rudder]